zondag 9 november 2014

Aankomst in Seattle

Zondag 9 juli 2006 
Zoals we dat gewoon zijn, hebben we ook deze keer geen risico genomen: de taxi naar Zaventem is besteld tegen half acht en we laten de wekker alvast aflopen om zes uur. Zo hebben we rustig de tijd om ons klaar te maken en de laatste zaken in de valies te steken. De taxichauffeur blijkt echter nóg minder risico's te nemen, want om zeven uur belt hij al aan. Hij is wat vroeger gekomen want hij moet nog een klant oppikken om zeven uur aan Holiday Inn en… hij is graag op tijd! C is nog op de badkamer en ik laat de brave man maar binnen. We moeten ons niet opjagen, zegt hij. Hij is een gezette 60-plusser, gepensioneerd aannemer, later buschauffeur en nu zeer gedreven occasioneel chauffeur voor luchthaventransporten. Maar dat is blijkbaar zijn passie. Hij praat onophoudelijk –in de auto moet ik zelfs naast hem gaan zitten, zodat hij wat kan praten… C heeft zich blijkbaar toch opgejaagd, want om tien na zeven zijn we al gepakt en gezakt vertrekkensklaar. Het zweet staat op haar voorhoofd. De buurvrouw komt nog even goede reis wensen en we zijn weg! 
De taxi is een mooi, comfortabel Mercedesbusje. Via Flanders Expo, waar we een Amerikaanse zakenman oppikken, gaat het aan een zeer gezapig tempo over de autosnelweg naar Brussel. Er is weinig verkeer en de hemel is zwaarbewolkt. Toch is er een file aan de luchthaven als we er om 8.20 uur aankomen. Op de luchthaven is het zeer druk en vooral aan de balie van American Airlines staat een lange rij reizigers aan te schuiven. We hebben geluk, want om tijd te winnen, laten ze ons inchecken aan de First Class balie. Geen probleem van overgewicht want we hebben amper 37 kilo bagage voor ons beiden, waar we recht hebben op vier koffers van 23 kilo elk. We hebben ons beperkt tot twee valiezen, maar met eentje van 22 kilo zitten we toch dicht bij de limiet. En we zijn er nóg niet! We moeten opnieuw aanschuiven voor de bagagecontrole - sinds 9/11 zijn ze voor Amerika zeer streng – en na een uurtje kunnen we eindelijk naar de Diners Club Lounge voor een koffie. We nemen het zekere voor het onzekere en vertrekken ruim op tijd naar de gate. Gelukkig maar, want hier wacht ons zowaar nog de strengste controle: schoenen uit, handbagage helemaal leegmaken, video- en fototoestel aanzetten en een volledige scan. Alles verloopt echter in een vriendelijke, zelfs gemoedelijke sfeer. Om 10.30 uur kunnen we eindelijk inchecken en om 11.05 uur, stipt op tijd, gaat onze Boeing 767 de lucht in. We zijn al vier uren van thuis weg en nu pas zijn we écht vertrokken. We hebben mooie plaatsen (daar heeft Hilde van Flandria Reizen voor gezorgd): voorin, net achter de business seats. De vlucht naar Chicago verloopt prima, maar duurt verschrikkelijk lang: 9 uren! Twee keer krijgen we te eten: een middagmaal en tegen 6 uur nog een pizza. Het smaakt niet slecht. OhareHeel de reis blijft het klaar, maar de hemel is de hele tijd bewolkt, zodat we niets te zien krijgen. We landen op Chicago O'Hare Airport, stipt op het voorziene tijdstip: 20.05 uur of 13.05 uur lokale tijd. Het is zonnig en 28° C. O'Hare is een mooie, maar bijzonder grote luchthaven. Men had ons gewaarschuwd dat we de vier uren wachttijd nodig zouden hebben voor de controle, maar na amper een uurtje zijn we al door douane én immigration. Ik moet mijn bril afzetten voor een scan van mijn gezicht en na het nemen van vingerafdrukken, mogen we de USA binnen. De jongedame die de controle uitvoert, heeft een zeer strenge blik. De regels verbieden haar waarschijnlijk om vriendelijk te zijn. Dat moet moeilijk zijn, lijkt me. Nu nog de bagage ophalen, ze persoonlijk door de douane dragen en opnieuw inchecken.  
Het is pas 14.10 uur, dus proberen we over te boeken op een vroegere vlucht. Die zit jammer genoeg vol, dus zijn we gedoemd om nog een paar uurtjes op de luchthaven rond te dolen. Op de schermen met de vluchtgegevens is er hier en daar een waarop de finale van de wereldbeker voetbal tussen Italië en Frankrijk live wordt uitgezonden. Overal staan groepen mensen de wedstrijd te volgen en het zijn duidelijk niet alleen Europese toeristen. Ook de Amerikanen lijken in de match op te gaan. Het is trouwens zeer spannend tot Zinédine Zidane, de Franse topvedette, een onbegrijpelijke fout begaat en uitgesloten wordt. Italië haalt het tenslotte en in het publiek stijgt luid gejuich op. De Italiaanse supporters zijn duidelijk in de meerderheid. Zo gaan onze vier uren wachttijd toch nog vlug om. We krijgen honger en willen niet wachten tot de maaltijd op onze volgende vlucht want wie weet wat wordt het maar. We kopen een Franse baguette (kwestie van de onfortuinlijke Fransen toch nog iets te gunnen...) met kip en pesto. Het is een slap broodje, maar het smaakt desondanks. 
De vlucht naar Seattle is om 17.15 uur. Zoals gezegd, O’Hare is een immense luchthaven met niet minder dan 5 terminals. We moeten met een monorail naar terminal 3 voor de binnenlandse vluchten. Het ziet er ondanks alles allemaal niet zo anders uit dan bij ons. Zijn de Europese luchthavens (en de mensen) Amerikaanser geworden of is het omgekeerd? We zijn intussen natuurlijk ook al wat meer gewend geraakt aan Amerika en dus minder onder de indruk dan bij onze eerste reis, maar toch... Ik ben ervan overtuigd dat wij in Europa in álles de Amerikanen gevolgd zijn, stilletjesaan en zonder het te beseffen: bouwstijl, woninginrichting, kledij, noem maar op. Vele Europeanen hebben het trouwens nog niet door en blijven maar afgeven op Amerika, terwijl ze het intussen meer en meer kopiëren. Het American Airlines vliegtuig dat ons naar Seattle brengt, is veel kleiner en van een ouder type: een S80. USA NW 1Het is ongelooflijk druk op de startbaan. In de rij vóór ons staan zes toestellen te wachten om op te stijgen. Het is echter niet lang wachten, want er verloopt geen twee minuten tussen het opstijgen van twee vliegtuigen. Gelukkig dat we onze voorzorgen hebben genomen want op de vlucht krijgen we enkel een frisdrankje aangeboden, niets te eten. Ik word slaperig en het lezen valt me steeds moeilijker. Maar slapen is er niet bij. We genieten onderweg van een prachtig uitzicht: mooie bergketens (o.a. Mount Rainier, denk ik), uitgestrekte velden die door kaarsrechte wegen in immense gelijke vierkanten worden verdeeld. In sommige velden zijn er reusachtige cirkels gemaaid. We zijn inmiddels al ruim 22 uren op wanneer we in Seattle landen, en toch is het nog maar 19.20 uur. Het is licht bewolkt en 28° C. 
Ook de luchthaven van Seattle is vrij groot en zeer modern. Het is even zoeken naar Alamo, waar we onze huurauto moeten afhalen. Aan de balie worden we geholpen door Umi, een Noorse die een tijd in Rotterdam gewoond heeft en dus behoorlijk Nederlands spreekt. Dat scheelt een stuk, want er ontstaat wel wat verwarring. Umi is zeer joviaal en vriendelijk en belooft ons een extraatje: een splinternieuwe Cadillac die naar LA moet gebracht worden. Maar dat is zonder Mamadou gerekend, de Senegalees die ons in de immense garage naar onze auto moet brengen. Volgens hem is dat niet de klasse waarvoor we betaald hebben en wij beginnen te twijfelen of we nu een SUV Standard of Full Size hebben besteld. Mamadou beweert dat wat wij in Europa ‘Full Size’ noemen, in de US ‘Standard’ heet. Wie zijn wij om dat tegen te spreken? Uiteindelijk presenteert hij ons een mooie witte jeep, zo goed als nieuw. Ziet er leuk uit, dus we nemen hem, ook al is er nog wat discussie over de ontbrekende bagage cover. Volgens Mamadou heeft dit type auto nooit een bagage cover en rijden de meeste Amerikanen zonder cover. Dat blijkt achteraf inderdaad en uiteindelijk is er geen probleem, want door de getinte ruiten zie je de inhoud van buitenuit toch niet liggen. Een Amerikaanse klant heeft de discussies geamuseerd gevolgd en spreekt ons aan omdat hij hoort dat wij Belgen zijn. Hij is dol op België, want hij was er op huwelijksreis. 
Nu nog de weg vinden naar ons hotel. We beschikken over een goede wegbeschrijving van Mapquest, maar het kluwen van snelwegen rond de luchthaven brengt ons toch even van de wijs. We missen een afrit, maar slagen er vrij snel in om onze fout te herstellen. Het verkeer over de twee maal vier rijstroken is druk, maar rustig en gedisciplineerd. Het is een halfuurtje rijden naar de stad: IS 5 North, exit 165, 2e blok rechts en tenslotte 7e blok rechts. De routebeschrijving klopt perfect. Het binnenrijden van Downtown Seattle biedt een onvergetelijk spektakel dank zij een kleurrijke zonsondergang. De skyline van de binnenstad (een beetje mini New York) steekt donker af tegen dreigende wolken met oranje, rode, gele en zelfs turquoise kleuren. Het drukke verkeer en het uitkijken naar de juiste afrit laten ons jammer genoeg niet toe om foto’s te maken. Als we eindelijk aankomen aan het Warwick Seattle Hotel, is het 21.30 uur en donker. Een ‘valet’ brengt onze auto naar de garage. Onderweg heb ik vruchteloos gezocht naar het merk ervan, maar noch op het dashboard, noch op het stuur vond ik een logo of merknaam. Bij het uitstappen lees ik op de achterkant dat het een Saturn Vue is, een GM-product dat op de Europese markt niet bestaat. Voor mij is het echter een oude bekende, want in 1997 bezocht ik de Saturnfabriek in Spring Hill, Tennessee, die toen gold als een benchmark voor haar efficiëntie, maar vooral voor het sociale beleid dat er gevoerd werd. 
Behalve een kleine groep van 10 à 15 wolkenkrabbers, doet het centrum van Seattle, waar ons hotel middenin ligt, eerder Europees aan. Vanop onze kamer hebben we een mooi uitzicht op de lichtjes van de stad, waarin de Space Needle het beeld domineert. We hebben niet veel tijd om ervan te genieten, want de vermoeidheid laat zich nu wel duidelijk voelen. Om 22.30 uur liggen we in bed en... nog één klein probleempje: we vinden nergens de schakelaar om het licht uit te doen! Er zit niets anders op dan hulp in te roepen. Een bediende toont ons het knopje, dat zeer goed verstopt zit onderaan de nachtlamp. Eindelijk donker en in bed! We vallen als een blok in slaap. Bij ons in België is het nu 7.30 uur!

Terug naar 2006 USA North-West OVERZICHT