Zaterdag 14 september 2013 (1)
Ik heb niet te best geslapen vannacht want het was zeer warm en er was een vervelende mug. Deze morgen liepen er weer twee kudu’s rond onze bungalow. Vandaag rijden we door Ovamboland verder naar het Noorden. De Ovambo zijn de grootste etnische groep in Namibië. Niet minder dan 50% van de bevolking behoort tot deze bevolkingsgroep die eveneens in het zuiden van Angola leeft. Het eerste deel van onze rit loopt nog door hetEtosha Park. We rijden namelijk net zoals gisteren de oostelijke poort binnen en verlatenEtosha via de noordelijke poort. Het wordt een nieuwe halve game drive en opnieuw zien we heel wat wilde dieren: zebra’s, springbokken, gnoes en giraffen. Sommige giraffen trekken eenzaam door de vlakte. Marc noemt ze ‘salami-giraffen’: ze zijn oud, solitair, hebben een donkere kleur en… komen weldra in de salami terecht. Plots heeft iemand een neushoorn met jong gespot. De bus stopt bruusk, maar de dieren verdwijnen vliegensvlug in het struikgewas. Ik heb ze toch enigszins op de foto, maar J was sneller en zorgt uiteindelijk voor een prachtige foto die ze belooft aan iedereen te zullen doorsturen. Wij rijden door een prachtig landschap waarin alle tinten geel en groen mekaar
afwisselen en sommige stroken zelfs turquoise kleuren. Het is de enorme zoutpan die er van ver als een meer uitziet en waaraan Etosha zijn naam dankt. In de kale witte vlakte lopen sporen van allerlei dieren en hier en daar zien we ook een kudde zebra's, een paar oryxen of enkele gnoes en dat levert telkens een mooi plaatje op. Bij de King Nehale Gate stoppen we nog bij een laatste waterplas waar gnoes, springbokken, oryxen en wrattenzwijnen vreedzaam samen komen drinken. Hoog in een boom zit een white backed vulture of witruggier. Hier verlaten we definitief Etosha National Park. Bij de rangerpost ligt een groot dik boek waarin manueel elke voorbijkomende auto wordt genoteerd: merk, kleur en nummerplaat. Onze bus is pas het vierde voertuig dat hier vandaag voorbijkomt. En dan zijn we buiten de wildzone, d.w.z. kuddes koeien i.p.v. zebra’s, al zien we in de verte toch nog een grote groep gnoes. Het wordt een beetje wennen en ik betrap er mezelf nog regelmatig op dat ik de horizon nog steeds afspeur naar wilde dieren.
We houden een stop in Omothyia voor een bezoek aan de plaatselijke markt. Langs de weg houden kleurig geklede vrouwen kraampjes open met groenten en fruit, kruiden, vlees, meel, zout, wormen, gedroogde visjes, marula-olie, gierstdrank, oliebollen, tekstiel en zelfs pijlen en bogen. Kleur alom, dus… fotograferen maar. Marc waarschuwt ons dat de mensen hier niet allemaal even vriendelijk zijn en niet allemaal graag gefotografeerd worden. In het geniep slaag ik er toch in enkele mooie plaatjes te maken.
De vrouwen zien er trouwens niet zo kwaad uit. Ze zitten voortdurend onder elkaar te grappen en te giechelen. Op straat vallen ook enkele mooie dure auto’s op. Marc verklaart die door het feit dat de Ovambo’s dé commerçanten bij uitstek zijn en zichzelf een beetje als ‘de goden van Afrika’ beschouwen. We vertoeven hier niet al te lang en trekken weer verder. We rijden langs talrijke oshana’s, die typisch zijn voor deze streek. Het zijn waterplassen die vaak zeer visrijk zijn: o.a. karper en tilapia worden hier frequent gevangen en verkocht, maar het water is zeer vervuild en het is geraden hier niet teveel vis te eten. De busrit verveelt niet. Het is hoe dan ook boeiend om door het raam te kijken want er valt altijd wel iets te zien. Er zijn veel ezels en ezelkarretjes maar ook de kleine blokken huisjes zijn mooi om te zien. Sommige zijn in zeer felle kleuren geschilderd en dragen met de hand geschilderde opschriften: hair salon, car wash, e.d. maar veruit de meeste zijn bars of bottle stores. Hier en daar zijn ook nog rieten hutten achter een omheining van stokken en takken te zien, maar meer en meer verschijnen nu kleine villa’s en palmbomen. Volgens Marc was dit hier vroeger een bosrijke streek, maar alle bomen zijn gerooid voor de typische omheiningen die we de voorbije dagen overal gezien hebben. Hier en daar vallen ook de blauw-rood-groen gestreepte SWAPO-vlaggen op, de kleuren van de grootste partij van het land.